Verbeelding van befaamde bijbelse teksten: louter symbolische iconografie of toch aansporing tot nieuwe religieuze bewustwording?

Een kleine vijf jaar geleden vroeg Hettie Laarakker of ik eens wilde komen praten over haar galerieplannen. Ze had de hand weten te leggen op Lange Hezelstraat 46 en was begonnen met het inrichten van het historische pand, op de hoek van het Papengas. Ze wilde beeldende kunst combineren of afwisselen met optredens van musici. De aankomend galeriehoudster had Beeldspraak – mijn boek met interviews van 25 kunstenaars uit Nijmegen en omgeving – gelezen. Bovendien werkte Sophie van Kempen aan het beeldmerk voor LangeHezel46: de naam van de nieuwe galerie. Ik deelde graag mijn kennis over kunstenaars in de regio Nijmegen, en noemde ook Ria Roerdink, de kunstenares die beeldende kunst en muziek overtuigend weet af te wisselen.
De officiële opening van LangeHezel46 moest ik door omstandigheden missen. Maar bij de expositie van Ad Merks – een van de kunstenaars uit Beeldspraak – ontdekte ik dat Hettie Laarakker het middeleeuwse pand had omgetoverd in een even mooie als intieme galerie. Zijn gevarieerd werk kwam uitstekend tot zijn recht in de ruimte, die de geschiedenis van Nijmegen ademt. Datzelfde gold in het najaar van 2023 voor ‘Mijn vlakke land’: de bijzondere duo-expositie van Harrie Gerritz en Jan Tregot. Harrie Gerritz ken en bewonder ik al vanaf 1972. De naam van beeldhouwer Jan Tregot had ik wel gehoord maar zijn werk kende ik niet. Sophie van Kempen had intussen naast de uitnodiging voor de tentoonstelling ook het cahier, waarin het werk van de kunstenaars naast elkaar is afgebeeld, mogen vormgeven. Op de uitnodiging voor de expositie stond naast een voor Harrie Gerritz karakteristieke schilderij een afbeelding van een op het eerste gezicht vreemde sculptuur van steen, metaal, hout en waarschijnlijk glas. Bij de opening van de expositie – ingeleid door Serge Stommels – bleek dat de sculptuur is opgebouwd uit Italiaans natuursteen, messing, albast en paardenvleeshout. Het beeld boeide mij hoewel ik de betekenis niet meteen doorzag. De titel ‘Koninkrijk’ zette mij wel aan het denken. Later, bij het doorbladeren van het cahier, schoten mij de bijbelse woorden ‘Gij zijt Petrus en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen’ te binnen. Moest de titel van dan niet ‘Koninkrijk Gods’ luiden; het koninkrijk van God is immers niet van deze wereld? Ik nam me voor die vraag aan Jan Tregot voor te leggen.

Gij zijt Petrus; en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen en de poorten van het dodenrijk zullen haar niet overweldigen” (Mattheus. 16:18-19)
Bij een tussentijds bezoek aan LangeHezel46 – samen met Sophie van Kempen, die de opening van .Mijn vlakke land’ niet had kunnen bijwonen – trok ‘Koninkrijk’ weer mijn aandacht. Hettie Laarakker vertelde over de positieve reacties op de duo-expositie en over de serieuze belangstelling voor ‘Koninkrijk’, het opvallende beeld van Jan Tregot. Bij de finissage, enkele weken later, bleek dat het beeld geen rode stip had verkregen. De vraag of ik de sculptuur zou aanschaffen bewaarde ik tot na het tweede optreden van Ria Roerdink. Hettie Laarakker had de kunstenaar-songwriter gevraagd om haar optreden te herhalen, omdat Sophie met Lieuwe in draagzak, Klaas en ik door de drukte van de Zevenheuvelenloop te laat bij de LangeHezel46 waren gearriveerd. Luisterend naar Ria Roerdink wist ik zeker: ik zou de kunstenaar en de galeriehoudster gaan verrassen met de aankoop van ‘Koninkrijk’. Jan Tregot zou het beeld zelf komen brengen, een mooie gelegenheid om over titel en bedoeling van Koninkrijk (Gods?) nader van gedachten te wisselen.

Wederom zeg Ik u: het is gemakkelijker, dat een kameel gaat door het oog van een naald dan dat een rijke het Koninkrijk Gods binnengaat (Mattheus, 19:24)
“Je mag de sculptuur van mij best ‘Koninkrijk Gods’ noemen”, zei Jan Tregot, toen hij het beeld bij mij thuis een plaats had gegeven naast ‘Protected Area’, een bronzen beeld van Harrie Gerritz. “Een uitvoering van mijn beeld, die ik in 2012 maakte, noemde ik nog ‘Gods Koninkrijk’. In deze versie heb ik ‘Gods’ weggelaten, omdat de kerk het moeilijk heeft. Volgens Mattheüs is het makkelijker dat een kameel door het oog van een naald gaat, dan dat een rijke in het Koninkrijk Gods komt. In mijn sculptuur staat een kerk voor het oog van een naald als verbeelding van ontkerkelijking. Kerk en geloof worden steeds meer bekritiseerd. Geleefde religie is een uitzondering. Met het weglaten van het woord ‘Gods’ verwijs ik naar het proces van secularisatie” aldus Jan Tregot, die vindt dat met het verdwijnen van het overwicht van de christelijke denkbeelden ook de status van de seculiere macht is veranderd.

De analyse van Jan Tregot kan ik goeddeels volgen. Zijn sculpturen zijn een weerslag van maatschappelijke processen, waaronder de ontkerkelijking. Het kerkbezoek nam af, veel kerken zijn of worden gesloten. De secularisatie treedt overigens vooral in de westelijke wereld op. Bovendien kende de katholieke kerk in Europa al eerder en vaker mindere tijden. De christelijke cultuur is echter universeel en tijd noch plaats gebonden. Dat de meeste jongeren volgens Jan Tregot de christelijke beeldtaal niet meer kunnen duiden, is geen reden om onverschillig te worden. Lethargie past evenmin bij verantwoordelijke mensen als aanvaarding van schijnbare onmogelijkheden. Daarom zie ik in de verbeelding van het ‘Koninkrijk Gods’ ook positieve aspecten: naast een teken van (h)erkenning een oproep tot bezinning in een verdeelde en onrustige samenleving. Die invalshoek biedt volop ruimte voor ontdekking van nieuwe wegen naar echte of virtuele (pelgrims)oorden, waar de christelijke iconografie haar waarde voluit heeft bewezen.



PS: Jan Tregot zond mij na de plaatsing van ‘Koninkrijk’ een foto van de natuursteen, die hij vond tijdens een boswandeling bij Greve (Italie) en een detailopname van ‘Koninkrijk’ (2022). Op zijn website trof ik ‘Gods koninkrijk’ (2012). De foto’s tonen de verschillen: albast in plaats van marmer, messing in plaats van staal, paardenvleeshout in plaats van eikenhout.