Nijmegen is op initiatief van de Europese Commissie verkozen tot European Green Capital 2018. Pater Eduard Kimman SJ, pastoor van de Petrus Canisiuskerk, wil bijdragen aan het waarmaken van deze eretitel, onder meer met het verzoek aan enkele leken om met een ‘groene verkondiging’ hun visie te geven op duurzame ontwikkeling. De publicatie van mijn boek Challenging Changes was voor hem aanleiding mij uit te nodigen om de spits af te bijten. Ik preekte in het weekend, waarin de Groene Hoofdstad van Europa door Eurocommisaris Karmenu Vella werd geproclameerd. Diverse kerkgangers wilden de tekst nog eens rustig nalezen, ook vanwege de (te) bondige samenvatting: Van onthaasten en ontzaken naar ontdekken en ontmoeten.
De zware westerstorm
die onlangs over Nederland raasde, slachtoffers eiste en schade toebracht, deed mij denken aan woorden van Wubbo Ockels. Ik ontmoette de ruimtevaarder in Delft, toen ik met hem in 2006 een proefschrift over afvalbeheer mocht beoordelen. De natuur heeft altijd gelijk: zei hij. Hij doelde op de wetten van de natuur, maar was ook bezorgd over de vervuiling van de aarde. Zijn aandacht voor de natuur en zijn zorgen over het milieu deel ik al een halve eeuw. De natuur, de Schepping: wie brachten mij dat onmetelijke en toch tastbare begrip bij? Wel: op de eerste plaats mijn ouders. Oorlog en geldgebrek maakten reizen onmogelijk. Maar de omgeving van Arnhem bood de kans om de natuur te ontdekken; bossen, heidevelden, rivieren. Was ik in Nijmegen geboren, dan zouden de stadsparken, het Heumensoord en de Ooijpolder doel van de zondagse tochten zijn geweest.
Pater Picard,
de godsdienstleraar van het KG, bewees eind jaren veertig op heldere wijze het bestaan van God en Schepping. Hij verdiepte daarmee het geloof, dat mijn ouders hadden doorgegeven. Voor twijfel was geen plaats en geen tijd, omdat het leven in de breedte toen al begon. Want de actieve rector haalde mij ook bij de toneelclub, zij het als souffleur. De natuur kreeg nog meer betekenis, toen ik in Utrecht bij Veritas Dries van Melsen ontmoette. De befaamde Nijmeegse hoogleraar leerde in de Domstad het dispuut De Pyramide de beginselen van de natuurfilosofie. In 1964 kwam ik hem weer tegen bij mijn eigen promotie. Toen Dries van Melsen bestuursvoorzitter van de KU was, reden we soms samen in zijn fraaie Rover naar den Haag. De wisselwerking tussen wetenschap en geloof was dan een dankbaar gespreksthema.
De geschiedenis van de natuurwetenschappen
kwam op mijn pad via de colleges van Dijksterhuis, schrijver van de Mechanisering van het Wereldbeeld. Het plan om bij hem te promoveren viel in duigen door een slecht tentamen. Gevolg was wel, dat ik tot vreugde van mijn ouders in Nijmegen belandde. Toen ik hier aan een fysisch-chemisch proefschrift werkte, groeide het besef, dat wetenschap het geloof eerder verdiept dan ondermijnt. Tijdens mijn baan in het Radboudziekenhuis kreeg ik belangstelling voor politiek en wat dichtbij en veraf in de samenleving en de natuur gebeurt. Klimaatverandering was in 1979 nog geen thema, maar het dreigende tekort aan grondstoffen en signalen van ernstige milieuvervuiling maakten de politiek wakker. Als lid van de Tweede Kamer voelde ik wat mij te doen stond: beleid controleren maar ook vormgeven, wanneer dat nodig en mogelijk was. Achteraf bleek, dat mijn bijdrage aan de milieubegroting in 1979 een lijn heeft opgeleverd, die al bijna 40 jaar bepalend is voor de afvalwetgeving. Ik doel op de Ladder van Lansink, ook wel de afvalhierarchie genoemd, nu kader voor en wegwijzer naar de circulaire economie. Het leven zelf is lineair, en dus eindig. Maar de stof waartoe mens en natuur weerkeren blijft in enigerlei vorm bestaan. De afvalhierarchie – preventie, scheiding bij de bron, scheiding achteraf, verbranding en desnoods storten – is gemeengoed geworden, de kringloopfilosofie nog niet.
Rentmeesterschap
is het Bijbels begrip, waarmee ik in politieke zin ben opgegroeid. Eduard Kimman zei me: Gebruik tuinman van de aarde, om de ecologie, en niet de economie te benadrukken. God maakte de mens een zorgzame beheerder en geen verkwister, geen overheerser, zoals enkelingen wellicht opmaken uit Genesis 1: En God zegende hen, en God zeide tot hen: Weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde, en onderwerpt haar, en hebt heerschappij over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt! Rentmeesterschap – gast in eigen huis, zoals Pieter Winsemius zei – houdt erkenning van de intrinsieke waarde in, zorg voor ongeschonden overdracht van de aarde aan toekomstige generaties. Psalm 24 zegt in andere woorden: De aarde is niet van ons: Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft, de wereld en wie haar bewonen Hij heeft haar op de zeeën gegrondvest, op de stromen heeft hij haar verankerd. De aarde kan zichzelf niet beschermen, niet tegen onuitwisbare natuurrampen en evenmin tegen menselijke ingrepen, die vaak niet omkeerbaar zijn. Voeg daarbij de gevolgen voor volkeren, die niet in staat zijn om zich te weren tegen onheil en onrecht, en duidelijk wordt waarom Paus Franciscus in de encycliek Laudato Si gerechtigheid en duurzaamheid op een lijn zet. Zijn opriep heeft terecht wereldwijd een grote indruk gemaakt.
Toeval of niet:
de lezingen van zondag 21 januari 2018 bieden rake aanknopingspunten voor een ‘groene verkondiging’. Kunstenaar Han Klinkhamer leerde mij overigens, dat toeval niet bestaat, genade wel. Is het misschien Gods genade, dat volgens de eerste lezing Jona in het woord des Heren een stevige opdracht ziet: ‘Begeeft u op weg naar Nineveh, de grote stad en verkondig haar de boodschap, die Ik u zal ingeven’, waarna hij waarschuwde ‘Nog veertig dagen en Nineveh zal vergaan’. Voorkwam Jona een natuurramp of zou Nineveh ten onder gaan door milieuvervuiling of losbandigheid? Hoe het ook zij: De mensen van Nineveh geloofden het woord van God, zij riepen een vasten af en deden van groot tot klein het boetekleed aan. En God: hij voerde zijn dreiging niet uit. In 612 voor Christus ging Nineveh alsnog te gronde als gevolg van de verovering door een naburig Rijk. Waarschijnlijk konden de decadente (?) inwoners zich niet meer verdedigen.
De oproep van Jona
samengevat in slechts twee woorden ‘Bekeert u’ is ook de kern van de Evangelielezing (Marcus 1, 14-20), wanneer Jezus door Galilea trekt om Gods Blijde Boodschap te verkondigen met de woorden: De tijd is vervuld en het Rijk Gods is nabij: bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap. De vissers lieten alles in de steek om vissers van mensen te worden. Het bekeert u ging dus heel ver. Ook vandaag wordt ons gevraagd nogal wat in de steek te laten. Of beter: achter ons te laten. Afzien van verworvenheden, vermindering van dingen waaraan we gewend zijn. De geschiedenis leert. dat dat niet eenvoudig is. Kijk maar naar het vraagstuk van de mobiliteit, met als blikvanger het vliegverkeer. Of denk aan het consumentisme: de zucht naar meer, beter, nieuwer. Passen op de plaats zijn al moeilijk genoeg, laat staan stappen terug om natuur en Schepping door te geven aan de generaties na ons. Toch moet er wat gebeuren, in de geest van wat Paus Franciscus ons in Laudato Si voorhoudt in het snijvlak van gerechtigheid en duurzaamheid. Mag ik de oneliner ‘Bekeert u’ eigentijds vertalen imet de oproep: Onthaasten en ontzaken om te onderzoeken en te ontdekken wat bewaard en doorgegeven moet worden. Onthaasten en ontzaken om onrecht uit te bannen en onheil te bestrijden, om vervolgens uit te komen bij geloof, dat inspireert; bij hoop, die levend maakt en bij liefde, die verbindt.
Deze preek zou eigenlijk landelijk bekend gemaakt moeten worden. Het getuigt van geloof in God en de schepping. Helaas ontbreekt dat in onze huidige tijd zeer. Twijfel over God en het hiernamaals. We moeten geloven hoe moeilijk ook. Jammer dat president Trump zo weinig weet en zich niet bekommert over ons milieu. Als we op deze manier zo doorgaan ziet het ver zeer slecht uit. Succes Ad en blijf vooral gezond
Mijn dank, Jan, voor de waardering van de ‘groene preek’ over de zorg voor de natuur en de (h)erkenning van de schepping. Ook kerkgangers toonden na de mis hun dankbaarheid. De website is toegankelijk voor iedereen, de ‘groene preek’ dus ook. Tegen verdere verspreiding bestaat geen enkel bezwaar, integendeel.