Tuinvogels uit olievaten

Van recycling naar upcycling: levensloopbestendige Zimbabwaanse volkskunst getuigt van liefde en eerbied voor de natuur

Ijzeren tuinvogels uit Zimbabwe, links de reiger, in het midden de eend en rechts een mij onbekende vogel

Sinds het overlijden van mijn echtgenote breng ik veel tijd door in onze tuin. Die tamelijk grote tuin was voor het begin van de revalidatietrajecten van Ans haar onbetwiste domein. Gazon maaien, hagen knippen en groenafval afvoeren: dat waren zo ongeveer mijn enige taken, naast de gezamenlijke aankoop van geraniums en eenjarige perkplanten. Ans deed alle andere werkzaamheden. Onkruid was haar grootste ergernis en wieden een permanente zorg, naast het verwijderen van slakken en het opruimen van katten-uitwerpselen. Het grootonderhoud lieten Ans en ik over aan de professionele tuinlieden van G.C.S. uit Wijchen, die twee keer per jaar de tuin stevig onder handen (en apparaten) blijven nemen.

Zimbabwaanse eend, verscholen in het groen

Tijdens de lente-beurt van 2024 zijn heel wat takken weggesnoeid en afgevoerd. Ook de verwijdering van het onkruid nam veel tijd in beslag. Het gazon werd grondig geverticuteerd, opnieuw bemest, ingezaaid en wat groter gemaakt, zodat ik voortaan minder tijd hoef te besteden aan het bijhouden van de borders. De hoveniers kregen overigens in 2023 assistentie van Busser Boomverzorging om de fors gegroeide Hemelboom van dode takken te ontdoen. Ik vrees, dat de mannen van Busser eerstdaags weer ingeschakeld moeten worden. Bij het schoonmaken van de tuin kwamen de Afrikaanse beelden, die ik ooit aan de begroeide zijkanten van de tuin had gezet tevoorschijn.

Die tuinvogels uit Zimbabwe staan al meer dan veertig jaar tussen het groen, maar vallen nauwelijks op vanwege hun bruine kleur. Wanneer mijn herinneringen me niet bedriegen heb ik twee tuinvogels – waaronder de grote reiger – gekregen van de stamgasten van de City Bar, de kroeg van uitbater Jo Samson, waar ik sinds 1973 een trouw bezoeker was. In 1982 vierden Ans en ik mijn afscheid uit de Nijmeegse gemeenteraad met een tuinfeest rondom ons huis aan de Willem Schiffstraat in Nijmegen, waar wij een jaar eerder waren gaan wonen. De stamgasten hadden voor dat feest het tuinbeeld aangekocht bij de galerie ’t Roth van Hanneke Vermeer, ook een regelmatig gast van de City Bar. Zelf heb ik bij Hanneke Vermeer – toen in Ewijk – nog een vogel uit Zimbabwe aangeschaft om de mini-verzameling enige allure te geven.

Zimbabwaanse eend, vanuit andere hoek

Met de aankoop van een stukje Afrikaanse volkskunst zien de mensen uit Zimbabwe hun artistieke vaardigheden gewaardeerd en beloond. Bovendien dragen zij bij aan het hergebruik van basismaterialen – in dit geval ijzer – doordat zij de tuinvogels opbouwen uit metaaldelen, afkomstig van afgedankte olievaten. Feitelijk is sprake van min of meer artistieke upcycling, ook omdat het er naar uitziet, dat de tuinbeelden een lang leven is beschoren. Mijn tuinbeelden zijn inmiddels ongeveer een half eeuw oud. De beschermende coating, die tegenwoordig vaak wordt aangebracht, is verdwenen of nooit aanweizg geweest. Het roestproces zet zich wel door. Maar te oordelen naar de huidige situatie durf ik het etiket levensloop-bestendig we; op de tuinbeelden te plakken.De tuinvogels roepen immers herinneringen op aan vroegere tijden, niet alleen in de City Bar in Nijmegen maar ook aan onze reizen naar Tanganjika (1969), Kenia (1972) en Zuid Afrika (2018).

Elders in de tuin zijn meer, maar niet levensloopbestendige kleuren te zien (Foto’s: Ad Lansink)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.