Wat opviel bij de GGD-prikstraat in Wijchen: goede sfeer, prima logistiek en alom blijdschap bij het inenten van 85+ers
Toch een historisch ogenblik: het bezoek aan de GGD-prikstraat voor de toediening van de eerste dosis van het Pfizer-vaccin. Ik heb ernaar uitgekeken, zij het soms met gemengde gevoelens, maar ook met gezonde nieuwsgierigheid. Berichten over mogelijke bijwerkingen vielen mee, maar lange wachtrijen bij enkele prikcentra niet. Positieve ervaringen van eerder gevaccineerde mensen hadden mij intussen hoopvol gestemd over de logistieke organisatie van de inentingen. Ook de snelle toename van het aantal vaccinaties droeg bij aan het zicht op een bij voorbaat geslaagde campagne. Welnu: daarin werd ik niet teleurgesteld. Integendeel. Na de ontvangst van de oproep verliep het maken van een afspraak perfect, inclusief de digitale bevestigingen. Ik moest me op 11 februari om 8.10 uur melden bij de prikstraat van de GGD-Zuid-Gelderland, aan de Havenweg 4 in Wijchen: een tijdelijk als prikstraat ingericht bedrijfsgebouw, dat vanuit Nijmegen goed te bereiken is. Ondanks kou en sneeuw arriveerde ik precies om 8.00 uur bij de tijdelijke GGD-vestiging.
De vaccinatiekaart toont de echte priktijd: 8.12 uur. In die 12 minuten sinds mijn aankomst wees eerst een vriendelijke parkeerwachter de weg naar een vrije plaats. Vervolgens moest ik ongeveer 100 meter lopen naar de ingang van de prikstraat. Bij de controle van de papieren moest ik even wachten op twee voorgangers, waarna een arts mijn medicijnenoverzicht bekeek. Het akkoord voor vaccinatie gaf aan, dat de bloedverdunner – sinds 2017 onderdeel van mijn medicijnen-cocktail na de open-hart-operatie – noopte tot het twee minuten afdrukken van prikwond. Na een snelle administratieve controle verliep het prikken zelf snel en goed. Het vrijmaken van de bovenarm kostte meer tijd dan de prik zelf. Voorzien van de registratiekaart wees een andere medewerker de route naar de wachtruimte, waar ongeveer dertig voorgangers de voorgeschreven wachttijd van 15 minuten doorbrachten, ruim van elkaar, maar toch vaak ervaringen uitwisselend. En in het oog gehouden door een EHBO-medewerker.
Opvallend was de goede stemming in de prikstraat, zowel voor, tijdens en na de handeling waar alles om begonnen is. De medewerkers tonen stuk voor stuk hun hulpvaardigheid, ook wanneer wat uitleg nodig is. De bezoekers maken in het algemeen een opgeruimde indruk. Zij hebben kennelijk – net zoals ik – uitgezien naar wat miljoenen mensen over de hele wereld meemaken: het inenten met een pas ontwikkeld vaccin tegen een virus, dat zich nog steeds verspreidt en intussen ook nog muteert. De discussie die de pandemie in sommige media en in politieke kringen heeft losgemaakt, weerhoudt gelukkig een toenemend aantal mensen niet van de gang naar een van de GGD-prikstraten of naar andere plaatsen, waar vaccinaties van bijzondere groepen plaats vinden. De korte tijd, die ik zelf in de Wijchense prikstraat heb doorgebracht was in elk geval voldoende om te beseffen, dat het vaccineren van een groot deel van de bevolking een logistieke operatie zonder weerga is. Ik bewonder de wijze waarop de GGD en de talrijke medewerkers zich van hun taak kwijten.

Natuurlijk is het nog te vroeg om een oordeel over de effectiviteit van de vaccinatie uit te spreken. Het verloop van de besmettingen met het Covid19-virus en de later opgedoken varianten zal leren, of en in welke mate het befaamde R-getal – de reproductie-factor – tot ver onder 1,0 kan worden teruggedrongen. Ook kan later pas worden vastgesteld, of met de beschikbare vaccins de mutanten voldoende bestreden worden. Naast het spoedig herstel van de normale verhoudingen, met name in economische, sociale en culturele zin klemt ook de vraag naar het toekomstig welzijn van de patiënten, die aan de besmetting met Covid19 een chronisch lijden hebben overgehouden. De coronapandemie is voorlopig de wereld niet uit, en Nederland evenmin. Maar dat neemt niet weg, dat de waardering voor alle inzet tot nu toe, op welk vlak dan ook, moet worden uitgesproken. Een deel van de waardering geldt voor de critici, die een positieve bijdrage wilden leveren. Opportunistische dwarsdenkers daarentegen riepen tegenkrachten op, die het coronabeleid tot een zware opgave maakten.

Vast staat wel, dat 2021 een cruciaal jaar wordt voor de bestrijding van de Covid19-pandemie. Op betrekkelijk korte termijn wordt duidelijk of er na de eerste en tweede besmettingsgolf komt en zo ja, met welke intensiteit en omvang. Het naleven van de coronamaatregelen kost steeds meer moeite, ook al blijft het draagvlak voor afstand houden, mondkapjes dragen en zelfs gedwongen sluitingen hoog. Daarom is het belang van een goede en snelle vaccinatiecampagne groot. Met de komst van meerdere vaccins – eerst Pfizer, daarna Modena en nu ook Astra Zenica – kunnen steeds meer kwetsbare en risico-groepen bereikt worden. Hopelijk kunnen in de zomer van 2021 alle mensen gevaccineerd zijn, het merendeel zelfs voor de tweede keer. Wat voor Nederland geldt, geldt uiteraard voor de hele wereld. De geografische en demografische verschillen verklaren voor een deel de verschillen in de Covid19-cijfers. De globalisering verplicht de wereldwijde samenleving om alles te doen om de pandemie het hoofd te bieden, dichtbij en veraf. Vandaar dit bericht over de blijdschap over mijn eerste Pfizer-prik .

De vaccinatie-strategie van het Kabinet is in de afgelopen weken vaak bekritiseerd, door echte en vermeende deskundigen in de samenleving en door Tweede Kamer-leden, die te gemakkelijk vergeten, dat de Regering regeert en de Kamer controleert. De trage start van de vaccinatie campagne en het niet volledig volgen van het advies van de Gezondheidsraad waren – naast de onzekere levering van de overigens veelal in Europees verband bestelde vaccins – aanknopingspunten voor kritiek op minister Hugo de Jonge en op de GGD ’s. Die kritiek werd onderbouwd met vaccinatiecijfers van andere landen, alsof sprake was van een wedloop die hoe dan ook gewonnen moest worden. Voor het Kabinet wogen veiligheid en zorgvuldigheid zwaar, ook om het draagvlak voor een zo hoog mogelijke vaccinatiegraad te versterken. Wie de actuele cijfers beziet, moet concluderen, dat de Nederland de achterstand geleidelijk aan inloopt. Belangrijker nog is de constatering, dat de waardering voor het vaccinatiebeleid steeds groter en breder wordt, ook in de politieke arena. De tweede Kamer stemde onlangs zonder debat in met een verlenging van de Noodwet met drie maanden. Dat is een opsteker voor Rutte en de Jonge. Of niet soms?