Kiek Dor!, Zwam, Voijer en een naamloze bank: rustpunten in natuurreservaat De Bruuk bij Breedeweg
Kiek dor!
Wie de gebruikelijke wandeling maakt door de Bruuk, het mooie en stille natuurreservaat tussen Breedeweg en Horst, treft op strategische plaatsen langs de route een viertal stevige, houten banken. Drie banken dragen een naam: namelijk Zwambank, Voijerbank en Kiek Dor, met uitroepteken. Het vierde exemplaar staat naamloos te wachten op wandelaars, die even willen uitrusten. Die ‘bank zonder naam’ bevindt zich langs de landweg, die dwars door de Bruuk loopt, vanaf de ingang aan de Hoge Waldse weg in de richting van Horst. Waarom die bank geen naam heeft, valt evenmin te achterhalen als de diepere betekenis van Zwam en Voijer. Kiek Dor, dat is natuurlijk Groesbeeks voor de aansporing om verder te kijken dan de neus lang is, naar een toevallige reiger of ooievaar of naar het verrassende landschap.
Zwam
Normaal gesproken staat Zwam voor een bepaald soort paddenstoelen, die in het najaar ook in de Bruuk te vinden zijn, zelfs niet ver van de Zwambank. Maar het ligt meer voor de hand, dat de Zwambank een zachtaardige variant is van de leugenbank: het praatmeubel voor mensen, die in hun vrije tijd met goede bedoelingen een loopje nemen met de waarheid. De omgeving van de Zwambank nodigt trouwens uit voor fantasierijke gedachten over natuur en landschap. Het uitzicht op het bijna kaarsrechte pad door het grote grasland biedt volop ruimte voor allerlei bespiegelingen, of voor serieuze zwampartijen over verleden, heden en toekomst. Het hoofd leegmaken, zogezegd: een zinnige therapie, voor alle mensen, die even willen ontsnappen aan de drukte van alledag.
Voijer
Opheldering van de naam van de Voijerbank kost de nieuwsgierige wandelaar meer hoofdbrekens. Op het eerste gezicht doet Voijer denken aan voyeur: een gluurder, de man of vrouw die de neiging heeft anderen te bespieden. Maar Voijer kan – zeker wanneer de lange ij vervangen wordt door een y – een Groesbeeks woord zijn. Het veteranenelftal van Rood Wit, de befaamde voetbalvereniging uit Breedeweg, noemt zich immers de ‘voyers’. Verder speurwerk leidt naar de Bruuk zelf. Prins Ummenie de 60e van Groesbeek stelde zich bij zijn proclamatie op 22 november 2019 als volgt voor: Mijn naam is Andy Janssen, geboren en getogen in de Bruuk, dus eigenlijk enne voyer. Ik ben 53 jaar, zoon van Fief van Kul en Door van de Logt’. Zou Prins Ummenie 60 het naambord op de Voijerbank gespijkerd hebben?
Dummeling?
De komaf van Voijer lijkt dus opgehelderd, de etymologie niet. Wie meer weet, laat dat misschien horen. Terug naar de ‘bank zonder naam’, niet te voet maar in gedachten. Dat rustpunt midden in de Bruuk verdient eigenlijk ook een naam, in gewoon Nederlands of in echt Groesbeeks[1]. Het zomerse zicht op de paarse orchideeën biedt mogelijk een aanknopingspunt. Of de struwelen in het moerassig grasland aan weerszijden van de brede landweg, op zijn Groesbeeks Za:antweg. En anders het tijdstip, waarop de wandelaar geniet van de stilte. Bij het vallen van de avond zou de bank Dummeling gaan heten, of Maerge-licht, wanneer de naamgever net de zon heeft zien iopgaan. De Voijerbank haalde in 2019 een landelijk dagblad[2]. Of dat dat ooit het geval zal zijn met ‘Dummeling’ is even onzeker als de naam zelf.
Noten
[1] Charlotte Giesbers, Woordenboek van de Gelderse Dialecten. Rivierengebied. Deel: de wereld. Uitgeverij Matrijs (2008) ISVB 978-90-5345-367-4
[2] Trouw, 29 september 2019: Serie: Het Mooiste Nederland: Johan Nebbeling: Groesbeek stelt niet teleur maar de wijngaarden wel
Ha Ad,
Nog gefeliciteerd met je 88e verjaardag!
Ik kan je verder helpen waarom het bankje ‘Kiek dor’ heet, het is een eerbetoon aan Henk Eikholt (zou zo maar familie van mijn moeder kunnen zijn, haar moeder heette Anna Eikholt 😉 https://www.gelderlander.nl/berg-en-dal/paedje-en-zitbanken-voor-henk-eikholt~a9e578ce/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.bing.com%2F.
Groetjes aan Ans!
Dag Erika: Dank voor de felicitatie. Acht en tachtig: dat is niet niks, maar hopelijk ook nog niet alles, al was het alleen al om af en toe door de Bruuk te lopen. Mooi, dat je via een artikel in de Gelderlander verwijst naar de naamgever van ‘Kiek dor’: een bank waarop ik af en toe – samen met Ans – uitrust. Ik herinner me de naam Eikholt overigens ook vanuit het verre verleden, toen ik nog op de afdeling Pathologie van het Radboudzienhuis werkte. Een van onze analistes was een ‘Eikholt’. Ik herinner me de begrafen van haar moeder vanuit de kerk in de Horst. Was zij ook familie, veraf of dichtbij?