Dick Wildeman (1937 – 2017) meer dan Mister Horeca

Dick Wildeman bij zijn afscheid als raadslid van Breda (Foto: Johan van Gurp)

Het moet rond de eeuwwisseling geweest zijn: de vraag van Johan Wellner en Gerard Onstenk – destijds directeuren van de Heineken-vestiging in Nijmegen – om samen naar de Horecava in Amstrdam te gaan. Een eerder bezoek aan de Horecava als lid van de Vaste Commissie voor Economische Zaken van de Tweede Kamer was mij goed bevallen: een mooie ambiance, goede gesprekken en nogal wat bier. Een herhaling leek mij wel wat. In de immense RAI keek ik weer mijn ogen uit. Plotseling zag ik een grote groep mensen, zomaar ergens op de beursvloer. Het zou mij niet verbazen, aldus Johan Wellner, wanneer die mensen staan te luisteren maar Dick Wildeman. Wij er heen, en jawel: Dick’s karakteristieke, soms wat krakende maar mooie stem bevestigde ons vermoeden. Wat volgde, was een hartelijke ontmoeting met de man, die in Nieuwspoort – het Internationale Perscentrum onder de ‘rook’ van de Tweede Kamer – al een onuitwisbare indruk op mij had gemaakt. Zijn verhalen waren altijd de moeite van het luisteren waard, ook wanneer het niet over bier ging.

Knipsel uit eenmalige Nieuwspoortkrant (1991)

Wanneer mijn geheugen mij niet bedriegt, kwam ik Dick Wildeman voor het eerst tegen in het oude Nieuwspoort, dus ver voor 1992 toen het Perscentrum met zijn befaamde sociëteit verhuisde naar de huidige plek aan de Lange Poten. Na mijn beëdiging als Kamerlid in 1977 was ik geleidelijk een vaste stamgast van het Internationaal Perscentrum geworden. Af en toe liet de welbespraakte ambassadeur van het Nederlandse bier zich zien in de kleine ruimte met de treincoupe. Zijn open mind en zijn nieuwsgierigheid bracht hem gemakkelijk in contact met Jan en alleman, journalisten en politici, lobbyisten en pee-ar-mensen van velerlei slag. Zijn hartelijke karakter en zijn warme belangstelling voor wat andere (al dan niet) bierdrinkers bezighield, bracht hem snel in contact met heel veel lieden ‘onder de Haagse kaasstolp’. Het was geen toeval, dat wij af en toe aan de praat raakten, over politiek maar ook over carnaval en voetbal.

Dick Wildeman: een begenadigd spreker (Foto: Ans Lansink-van Dam)

Dat hij zich in politiek opzicht zo ongeveer in hetzelfde huis woonde, maakten de gesprekken gemakkelijk, ook buiten Nieuwspoort. Ik merkte dat in de Rotterdamse Kuip toen ik als aankomend KNVB-boboo bij een wedstrijd van het Nederlands elftal zomaar in de bestuurskamer terecht kwam. Op weg naar Joop van der Reijden, de toenmalige staatssecretaris van welzijn, volksgezondheid en sport, hoorde ik Dick Wildeman mijn naam roepen. Hij wees naar de mannen die rondom de staatssecretaris zaten. Zij hangen aan zijn lippen, aldus een lachende Dick, die de bewindsman even terloops als schalks met een pasja vergeleek. Of ik Dick’s opvatting aan Joop van der Reijden heb doorgegeven, staat mij niet meer voor de geest.  Maar het anekdotisch vooral herinner ik me als de dag van gisteren, omdat het ‘Mister Horeca’ tekende: humoristisch, scherp, onbevangen, aardig.

Prins Diederik de Eerste (1979)

Dick Wildeman vertelde mij op enig moment met zichtbaar genoegen, dat hij als ‘protestantse jongen’ toch maar mooi Prins Carnaval van Breda was geworden: Prins Diederik I. Die wetenschap schiep natuurlijk een extra band, temeer waar mijn Knotsenburgs Prinsdom zo ongeveer samenviel met het begin van mijn Kamerlidmaatschap.

Dick Wildeman als ex-prins

Toen ik begin jaren negentig Dick vroeg of het Knotsenburgs Prinsenconvent zijn brouwerij – vroeger De Drie Hoefijzers, later Oranjeboom – mocht komen bezoeken, was zijn antwoord een volmondig ja. Sterker nog: hij bezorgde de ex-prinsen uit Nijmegen enkele onvergetelijke uren, een groot aantal glazen bier en een zilveren flesopener, die in lengte van jaren de herinnering vasthoudt aan een bijzondere man: een bijna alleskunner gelet op het gemak waarmee hij de gasten uit Nijmegen met een heuse buut verraste. Het  gedeelde ‘speelveld’ van voetbal, carnaval en politiek maakte de uittocht naar Breda tot een bijzondere belevenis.

Dick Wildeman op een van zijn geliefde plaatsen (Foto: Johan van Gurp)

Dat Dick Wildeman in de loop van 1997 vanwege zijn pensioen ging vertrekken bij de brouwerij, waaraan hij zijn ziel, zaligheid en waarschijnlijk nog meer zaken had verpand, drong uiteraard door tot de harde kern van Nieuwspoort. Aan de ‘Stamtisch’ besloten Peter Zuydgeest en ik naar Breda af te reizen om Dick namens de Poorters te bedanken voor zijn inzet en ook voor de wijze waarop hij de trefwoorden gastvrijheid en hartelijkheid menig Poorter had ingeprent, vriendelijk maar wel met enige nadruk. Peter en ik waren de enige gasten uit den Haag, maar het wederzijds genoegen was er niet minder om: mooie gesprekken met andere gasten, uiteraard besprenkeld met Dick’s goudgeel gerstenat.

Dick Wildeman feliciteert Johan Wellner in Cafe Sous Les Elises in Beek bij Nijmegen (Foto: Ans Lansink-van Dam)

Gelukkig was het daar in Breda geen definitief afscheid: Dick Wildeman zou nog jarenlang acte de presence geven als jurylid bij de Nationale Biertapwedstrijden. Dat ik een van de Nieuwspoort-edities won had ik waarschijnlijk aan Dick te danken. Want mijn schuimkraag was net even te groot voor een serieuze winnaar. Dick Wildeman zou ik nog een keer enkele uren ontmoeten en spreken, namelijk in 2011 bij de viering van de 70e verjaardag van Johan Wellner. De op en top Heineken-man had laten doorschemeren, dat hij een feestrede van Dick wel zou waarderen. Aldus geschiedde op mijn voorspraak: Dick zegde meteen toe om naar Hotel Spijker in Beek te komen, van waaruit we dan samen naar Johan’s feestlokaal in Cafe Sous les Eglises zouden wandelen.

Dick Wildeman (met spiekbriefje) spreekt Johan Wellner toe (Foto: Ans Lansink-van Dam)

Zijn even geestige als rake toespraak maakte duidelijk, dat ‘Mister Horeca’ nog altijd de hartelijke en warme persoonlijkheid was als in de jaren, waarin ik heb leren kennen en waarderen. Voor Johan Wellner, die Dick al veel langer kende, gold hetzelfde. Het plotselinge overlijden van Dick Wildeman is een groot verlies, allereerst voor zijn familie en zijn naaste vrienden. Zij vinden hopelijk troost in de wetenschap, dat het unieke karakter van Dick Wildeman voor heel veel mensen een bron van inspiratie is geweest. Zijn naam leeft voort in goede en fijne herinneringen. Hij was immers veel meer dan Mister Horeca. Het was een voorrecht Dick te hebben leren kennen.

 

 

 

 

 

Onvergetelijke dagen in Brussel (2)

Hal van Brasserie Residence Palace in Brussel

Brunch met Vlaamse frites in Residence Palace

Na de geslaagde presentatie van Challenging Changes wandelde het vrijwel volledige ‘CC-Team’ met een goed gevoel naar Residence Palace, op iets meer dan een steenworp afstand van de Permanente Vertegenwoordiging. Jan Storm, die in Brussel minstens even goed de weg weet als in Nijmegen, leidde het twaalf personen sterke gezelschap behoedzaal langs stoplichten en oversteekplaatsen naar het gebouw dat in allerlei opzichten grandeur uitstraalt. In de opvallende hal vertelde de ‘Chairman of the Editorial Board’ het een en ander over de geschiedenis en betekenis van Residence Palace. Brasserie en keuken hebben een goede naam verworven onder politici, beleidmakers en lobbyisten: drie categorieën, die in de Belgische hoofdstad niet de dienst uitmaken maar wel veel te vertellen hebben, letterlijk en figuurlijk. Dat zij gek zijn op frites is minder bekend dan de gewoonte om tussen twaalf en twee zich te laten verwennen door een heerlijke lunch.

Achter de in Daily News verpakte Vlaamse frieten Cobie Joling, Bart de Bruijn, Dick Zwaveling en Ton Holtkamp (Foto: Sophie van Kempen)

Hoewel de lunchtijd bijna verstreken is, mochten we op ons gemak de gerechten uitzoeken. De kaart bood voor elk wat wils, plus de even onvermijdelijke als lekkere ‘Vlaamse frites’, volksvoedsel  in het meertalige Brussel. De feestelijke brunch vormt voor mijn Challenging Changes gasten de feestelijke afsluiting van wat geleidelijk een gezamenlijk project is geworden.

Signeren van Challenging Changes voor de leden van de Klankbordgroep. Ans Lansink en Jan Storm houden een oogje in het zeil (Foto: Sophie van Kempen)

De leden van de Klankbordgroep – in het boek de ‘Editorial Board’ genoemd – hebben mij vanaf de eerste meeting bij de Dar in Nijmegen met raad en daad terzijde gestaan, onder aanvoering van Jan Storm: de noeste werker van het eerste en laatste uur. Hannet de Vries – in Brussel afwezig wegens andere verplichtingen – en Ton Holtkamp waren in 2009 en 2010 al betrokken bij De Kracht van de Kringloop.

Pieter-Balth Linders, Leo Schrijver en Michelle Kluiver kijken naar de auteur; Sophie van Kempen ziet iets anders (Foto: Ans Lansink)

Eind 2015 voegden Bart de Bruin en Michelle Stuiver, allebei zeer actief bij Dar zich bij hen. Dick Zwaveling volgde in de loop van 2016. Pieter Balth Linders, directeur van Dar, was tweevoudig betrokken bij het boek: gastheer van de Klankbordgroep bij Dar en een van de geïnterviewde deskundigen. Mijn ‘thuisfront’ – zo genoemd omdat vertaling en vormgeving voor een deel thuis plaats vonden – was compleet aanwezig: Cobie Jolink hielp mij in 2015 en 2016 bij de ordening van de documentatie en bij het vertaalwerk.

Dick Zwaveling en Ton Holtkamp achter de Vlaamse frites (Foto Sophie van Kempen)

Boekontwerpster Sophie van Kempen tekende met groot enthousiasme en doorzettingsvermogen voor de fraaie lay out en vormgeving,  en was ook verantwoordelijk voor de boekverzorging van Challenging Changes. Leo Schrijver, senior accountmanager van DPN Rikken Print, toonde zich een meervoudig adviseur en verbinder, ook naar Boekbinderij van der Burg. Last but not least schoof mijn echtgenote aan bij de ronde tafel van Residence Palace: Ans Lansink-van Dam verzorgde voor een groot deel de eindredactie, en leverde zonder veel discussie een deel van de geplande vakantie in.

Ad Lansink bedankt het hele gezelschap voor de fantastische mede- en samenwerking aan en bij het Challenging Changes-project (Foto: Sophie van Kempen)

Het late middagmaal in Residence Palace bood mij de gelegenheid om alle disgenoten te bedanken voor hun medewerking en inzet, veelal vanaf het moment, dat Jan Storm en ik besloten echt te gaan werken aan het Challenging Changes: het Engelstalige boek, dat de betekenis van de Ladder van Lansink voor de transitie naar circulaire economie zichtbaar moest maken. Dat Challenging Changes feitelijk meer is dan een loutere boekproductie, blijkt uit de aan het boek gekoppelde, door Dick Zwaveling in het leven geroepen website www.challengingchanges.eu. Het blijkt ook uit de invitaties voor ‘keynotes’ en presentaties in Nederland en België. Voor de nodige hulpmiddelen mag ik een beroep blijven doen op Sophie van Kempen en Leo Schrijver; en ook op Dar, met name Bart de Bruin en Michelle Stuiver, wanneer Nijmegen Green Capital Europe 2018 nieuwe ‘challenges’ biedt.

Jan Storm bewondert onder toeziend oog van Cobie Jolink en Bart de Bruyn de sculptuur van Harrie Gerritz (Foto: Sophie van Kempen)

Tussen de gangen van de brunch door mocht ik stil staan bij de activiteiten van de Klankbordgroep en  het ‘Thuisfront. Dat ik daarbij wat meer woorden nodig had om Jan Storm te bedanken, verraste geen van de disgenoten. Hij was en is de man, die mij aan het schrijven zette. Hij benaderde het merendeel van de sponsoren en de bedrijven, die via een voorbestelling de financiering van het project veiligstelden. Jan Storm zorgde ook voor de organisatie en invulling van de boekpresentatie bij de Permanente Vertegenwoordiging.Dat was lachen, joh’ – zijn stopzin wanneer hij weer een geslaagde interventie kon melden – is in mijn geheugen gegrift, als teken van optimisme en verbondenheid. Als blijk van herinnering aan die verbondenheid kon ik Jan Storm een bronzen sculptuur van Harrie Gerritz overhandigen.

Sophie van Kempen en Ad Lansink bekijken de drukproef van de boekomslag (Foto: Leo Schrijver)

De verbeelding van de Ladder van Lansink door de kunstenaar uit Woezik (bij Nijmegen) vormde de basis voor het omslagontwerp van Challenging Changes. Boekontwerpster Sophie van Kempen maakte een even sobere als opvallende cover voor het boek, aansluitend bij de titel en inhoud. Zij heeft – zelfs outsiders zien dat – een onmisbare bijdrage geleverd aan Challenging Changes. Sophie van Kempen maakte ook op een na alle alle foto’s bij dit bericht, en bleef zelf nagenoeg onzichtbaar. Vandaar ter afsluiting een opname uit ons werkarchief, gemaakt enkele weken voor de boekpresentatie in Brussel.